Aardappel allergie
Een aardappel allergie wordt behandeld door aardappel en producten die aardappel(zetmeel) bevatten te verwijderen uit het eetpatroon. Daarnaast wordt er rekening gehouden met kruisreacties.
Een allergie is een abnormale reactie van het afweersysteem op bepaalde stoffen uit de omgeving. Het afweersysteem is het systeem dat het lichaam tegen ziektes beschermt. Een allergie kan ontstaan door een stof uit de lucht (pollen) of stoffen uit de voeding. Het lichaam reageert hierop met het vormen van antistoffen. Antistoffen zijn stoffen die in het lichaam een rol spelen bij de afweer tegen ziekteverwekkers.
Een aardappel allergie (allergisch voor aardappelen) is een voedselallergie en specifiek groenteallergie. Een voedselallergie is een vorm van voedselovergevoeligheid. Voedselovergevoeligheid is een overkoepelende term voor overgevoelige reacties op voedingsmiddelen. Voedselovergevoeligheid wordt opgedeeld in twee vormen:
- allergische voedselovergevoeligheid;
- en niet-allergische voedselovergevoeligheid.
De allergische vorm wordt ook wel voedselallergie genoemd. De niet-allergische vorm wordt ook wel voedselintolerantie genoemd. Het verschil tussen allergie en intolerantie wordt onder het kopje ‘Allergie of intolerantie’ verder uitgelegd. 1-3% van de volwassenen heeft last van voedselovergevoeligheid. 4-6% van de kinderen heeft last van voedselovergevoeligheid. Geschat wordt dat 1-2% van de volwassenen en 1-3% van de kinderen last heeft van voedselallergie. Tegenwoordig komt aardappel allergie vaker voor bij kinderen in vergelijking tot tien jaar geleden. Een verklaring hiervoor is dat kinderen nu een ander voedingspatroon hebben dan vroeger. Tegenwoordig wordt er door kinderen veel verschillende producten gebruikt. Hierdoor wordt het immuunsysteem van het kind geprikkeld op een eerdere leeftijd. Deze prikkeling kan een allergie tot gevolg hebben. Met voedingspatroon wordt de manier van eten bedoeld.
Aardappel
De aardappel (Solanum tuberosum) is een plant. Bij de aardappelplant wordt ondergronds een energievoorraad in de vorm van zetmeel aangelegd. Zetmeel is een plantaardige vorm van suiker. Het zetmeel wordt bewaard in de vorm van aardappelen die eveneens aardappels worden genoemd. Aardappelen worden in april in de grond gestopt en met een klein beetje grond bedekt. Tijdens het groeiseizoen wordt een laagje aarde van de groeiplek over de wortels van de plant geschoven. Hierdoor blijven de wortels steeds goed bedekt met grond, zodat de aardappels goed blijven. De aardappels worden met behulp van een rooimachine uit de grond gehaald. Een rooimachine is een machine voor het oppakken van gewassen waarvan de opbrengst zich in of vlak op de grond bevindt. Er zijn verschillende soorten aardappelen verkrijgbaar.
De meest gangbare soorten zijn:
- Vastkokende aardappelen: Vastkokende aardappelen blijven bij het koken stevig.
- Vrij vastkokende aardappelen: Vrij vastkokende aardappelen blijven minder stevig bij het koken dan vastkokende aardappels.
- Kruimige aardappelen: Kruimige aardappelen of droogkokers vallen een beetje uit elkaar tijdens het koken. Deze soort aardappels zijn geschikt voor puree.
- Zeer kruimige aardappelen: Zeer kruimige aardappelen of afkokers vallen helemaal uit elkaar bij tijdens het koken.
- Zoete aardappelen: Zoete aardappelen zijn afkomstig uit Zuid-Amerika, maar worden tegenwoordig in alle tropische, subtropische en mediterrane gebieden verbouwd. Zoete aardappelen hebben verschillende vormen en kleuren. Het vruchtvlees kan net als de schil wit, roze, rood, oranje, geel of paars zijn. Zoete aardappelen worden onder andere in taarten en gebak verwerkt.
De aardappel is door Spaanse reizigers vanuit Zuid-Amerika naar Europa gebracht. De aardappel werd pas in 1727 in Nederland voor het eerst in Friesland, als voedsel erkend. De reden hiervoor was dat bepaalde delen van de aardappelplant giftig zijn en de boeren dachten dat de aardappel ook ongezond was. Langzamerhand kreeg de aardappel toch steeds meer de rol van volksvoedsel en in de 18e eeuw werd de aardappel in alle Europese landen verbouwd. In veel Europese en westerse landen is de aardappel een basisvoedingsmiddel. De belangrijkste teeltgebieden van aardappels in Nederland zijn Flevoland, Zeeland en Noord-Brabant. Tegenwoordig zijn er in Nederland veel maaltijden waar aardappels in gebruikt worden. Voorbeelden van maaltijden die aardappels bevatten zijn: verschillende soorten stamppot, hutspot, aardappelpuree, patat en aardappelkroketten.
Wat is aardappel allergie?
Een aardappel allergie is een voedselallergie. Een voedselallergie is een vorm van voedselovergevoeligheid. Een allergische voedselovergevoeligheid kan worden ingedeeld in twee vormen: IgE-afhankelijke voedselallergie en niet-IgE-afhankelijke voedselallergie. De meeste voedselallergieën zijn IgE-afhankelijk. Dit betekent dat zich alleen symptomen voordoen, indien IgE in het lichaam aanwezig is. IgE is een afkorting voor immunoglobuline E. Immunoglobuline E is een antilichaam. Een antilichaam is een stof in het lichaam dat lichaamsvreemde stoffen aanvalt. Een antilichaam hecht zich aan een allergeen. Een allergeen is altijd een eiwit. Eiwitten zijn bouwstenen voor het menselijk lichaam. Een eiwit is echter niet altijd een allergeen. Een eiwit is alleen een allergeen voor een persoon die allergisch is voor datgene waar het eiwit een onderdeel van is. Voor mensen met een aardappel allergie kan eiwit van aardappel een allergische reactie veroorzaken. Een allergische reactie wordt vaak opgewekt door een specifiek eiwit. Het eiwit van aardappel is dan het allergeen. Een allergeen komt het lichaam binnen via de huid, de luchtwegen of het maagdarmkanaal. Over het algemeen is een allergeen niet schadelijk voor het lichaam. Een lichaam dat allergisch is voor aardappel herkent het echter niet en beoordeelt het als een lichaamsvreemde stof. Dan volgt een reactie van het afweersysteem. Het afweersysteem wordt ook wel het immuunsysteem genoemd. Het immuunsysteem beschermt het lichaam tegen bacteriën en virussen. Het immuunsysteem reageert soms op onschadelijke allergenen. Het immuunsysteem reageert door een antistof (IgE) te maken die een allergeen opruimt. Tijdens de opruiming komt histamine vrij. Histamine is verantwoordelijk voor de symptomen van een allergie. Vaak is slechts een kleine hoeveelheid van een allergeen nodig om een reactie te veroorzaken.
Allergie of intolerantie?
Een allergie wordt regelmatig verward met een intolerantie. Deze begrippen hebben echter een andere betekenis.
- Een allergie wordt veroorzaakt door een reactie van het immuunsysteem. Een intolerantie wordt niet veroorzaakt door een reactie van het immuunsysteem. Desondanks reageert het lichaam op een stof die het niet kan verdragen.
- Een allergische reactie geschiedt al na contact met een kleine hoeveelheid allergeen. Een intolerante reactie geschiedt pas na contact met een grote hoeveelheid allergeen.
- Een allergie kan levensbedreigend zijn in geval van een anafylactische shock. Een intolerantie kan niet levensbedreigend zijn. Een anafylactische shock komt tot stand door plotseling vrijkomen van grote hoeveelheden histamine. Hierdoor gaan de bloedvaten zo ver openstaan dat de bloeddruk daalt. Een te lage bloeddruk kan levensbedreigend zijn.
Aardappel allergie oorzaken
Een aardappel allergie kan aangeboren of later verkregen zijn. De allergie is aangeboren als het eerste contact met een allergeen direct een reactie veroorzaakt. Bij een aangeboren allergie komt de reactie meestal over het hele lichaam voor. De allergie is later verkregen als herhaaldelijk contact met een allergeen een reactie veroorzaakt. Bij een later verkregen allergie komt de reactie meestal plaatselijk voor. Plaatselijk betekent dat de reactie betrekking heeft op een bepaalde plaats in of op het lichaam.
Erfelijkheid speelt een rol bij het ontstaan van allergische reacties. Op het moment dat beide ouders een allergie hebben, neemt de kans op een allergie voor het kind toe met 80%. Wanneer beide ouders geen allergie hebben, is de kans op een allergie voor het kind 10%. De aanleg om allergisch te reageren berust op de aanmaak van IgE. Mensen die niet allergisch zijn maken geen specifiek IgE aan. De aanleg om een allergie te ontwikkelen wordt atopie genoemd.
Na het eerste contact met een allergeen maakt het lichaam antilichamen aan. Een antilichaam hecht zich aan een allergeen om het herkenbaar of inactief te maken. Het lichaam is gevoelig voor een allergeen vanaf het moment dat antilichamen worden aangemaakt. Dit proces wordt sensibilisatie genoemd. De antilichamen zijn de zogenaamde immunoglobulines. Deze behoren tot het E-type (IgE). Door inname van een voedingsmiddel met aardappel komt aardappel-eiwit in aanraking met het betreffende IgE. Het IgE wordt vervolgens verbonden met een mestcel. Een mestcel is een bloedcel die is gevuld met histamine. Histamine is verantwoordelijk voor het ontstaan van allergische klachten. Door het IgE wordt de mestcel geactiveerd. Hierdoor komt histamine uit de cel. Dit proces wordt degranulatie genoemd.
Fasegewijs:
- Het allergeen (aardappel-eiwit) wordt gedetecteerd.
- Het IgE wordt aangemaakt.
- Het IgE wordt verbonden met de mestcel.
- Het allergeen (aardappel-eiwit) wordt verbonden aan het IgE.
- De mestcel wordt geactiveerd.
- Histamine wordt vrijgemaakt uit de mestcel.
- Een allergische reactie wordt uitgelokt.
De allergische reactie ontstaat waar de mestcellen zich bevinden In het geval van een aardappelallergie is dit over het algemeen in de mond, op de huid en het maagdarmkanaal. Maag-darmkanaal is een deel van het lichaam, waar het voedsel verwerkt wordt.
Leeftijd is een andere risicofactor voor het ontstaan van een aardappel allergie. Een aardappel allergie komt het meest voor bij baby’s en peuters. Het immuunsysteem van jonge kinderen heeft zich nog niet volledig ontwikkeld. In sommige gevallen groeien kinderen over aardappel allergie heen. Er zijn echter veel volwassenen met een aardappel allergie die aardappel en producten waar aardappel (zetmeel) in verwerkt is niet kunnen verdragen.
Symptomen aardappel allergie
Een aardappel allergie ontwikkelt zich over het algemeen op baby- of peuterleeftijd. In sommige gevallen groeit een kind over een aardappel allergie heen na de leeftijd van drie tot vijf jaar.
Symptomen die duiden op een aardappel allergie zijn:
- huidklachten: Roodheid, jeuk, galbulten, eczeem. Galbultjes zijn witte tot roze sterk jeukend huiduitslag. Eczeem is uitslag op de huid die kan jeuken;
- oraal allergiesyndroom: Oraal heeft betrekking tot mond. Blaasjes/zwelling van de lippen, tong, keel of verhemelte, jeuk in mond;
- luchtwegen: Verstopte neus, jeuk, loopneus, niezen, heesheid, hoesten, benauwdheid, kortademigheid, piepende ademhaling;
- anafylaxie: Snelle pols (soms trage pols bij anafylaxie), lage bloeddruk, duizeligheid, bleekheid, zweten, bewusteloosheid;
- maagdarmklachten: Misselijkheid, buikpijn, brandend maagzuur, overgeven, diarree of obstipatie;
- oogklachten: Jeuk, roodheid van oogslijmvliezen, tranen, vochtophoping onder de ogen;
- angio-oedeem: Angio-oedeem is plaatselijke vochtophopingen, vooral in het gezicht.
Allergische symptomen kunnen binnen een paar minuten tot enkele uren na het eten optreden. Eczeem treedt soms zelfs pas na een aantal dagen op. In extreme situaties kan anafylaxie optreden. Anafylaxie is een medische term voor een levensbedreigende allergische reactie. Een ander woord voor anafylaxie is anafylactische shock. Anafylaxie wordt veroorzaakt door een verwijding van de bloedvaten. Deze verwijding wordt veroorzaakt door histamine. Symptomen zijn ademhalingsmoeilijkheden, een lage bloeddruk en een vertraagde hartslag. De ernstigste vorm kan in enkele minuten tot de dood leiden, wanneer deze niet meteen wordt behandeld. Ernstige anafylactische reacties zijn echter zeldzaam. Bovenstaande symptomen kunnen overeen komen met symptomen van een andere aandoening.
Diagnose aardappel allergie
De arts zal eerst een lichamelijk onderzoek doen. Indien een aardappel allergie wordt vermoed, wordt nader onderzoek gedaan.
Er zijn verschillende onderzoeken mogelijk:
- RAST (Radio Allergo Sorbent Test): Een allergie kan worden aangetoond met een bloedonderzoek. Er wordt bloed afgenomen. Het bloed wordt onderzocht op de aanwezigheid van antilichamen tegen aardappeleiwit. Een positieve uitslag duidt op een allergie. Een RAST uitslag is echter niet 100% betrouwbaar. Hiervoor is nader onderzoek noodzakelijk.
- Huidpriktest: Een allergie kan worden aangetoond met een huidonderzoek. Druppels van een allergeen worden op de huid geplaatst. De huid wordt door de druppel heen geprikt. De prikplaats wordt 15 à 20 minuten later bekeken door een deskundige. Een reactie van de huid (zoals zwelling en roodheid) duidt op een allergie. Deze test wordt soms gedaan door in een allergeen product te prikken en vervolgens in de huid te prikken.
- Eliminatie-provocatie: Een allergie kan worden aangetoond met een voedseltest. Een verdacht voedingsmiddel wordt gedurende 4 à 6 weken uit het eetpatroon verwijderd (eliminatie). Wanneer de klachten verdwijnen, wordt het voedingsmiddel weer aan het eetpatroon toegevoegd (provocatie). Wanneer de klachten terugkeren, wordt een persoon allergisch bevonden.
- Dubbelblind placebo gecontroleerd onderzoek: Een allergie kan met zekerheid worden aangetoond met dit onderzoek. Een patiënt krijgt een aantal testvoedingen. De testvoedingen bevatten een (oplopende hoeveelheid) allergeen of geen allergeen. De patiënt noch de arts weet welke testvoeding een allergeen bevat. Dat wordt duidelijk, wanneer het onderzoek afgelopen is. De test kan dus niet worden beïnvloed. Deze onderzoeken worden uitgevoerd door professionals. Wanneer een ernstige reactie dreigt (eliminatie-provocatie), worden de onderzoeken in het ziekenhuis uitgevoerd.
Behandeling aardappel allergie
Wanneer de diagnose is gesteld, kunnen maatregelen worden genomen. Een aardappel allergie kan niet worden genezen. Men kan er wel overheen groeien. De beste manier om klachten te voorkomen is het vermijden van voedingsmiddelen met aardappel.
Er zijn ook manieren om de klachten te verminderen, wanneer (per ongeluk) aardappel wordt ingenomen zoals:
- Antihistaminica: Een antihistaminicum is een medicijn dat een allergische reactie onderdrukt. Het blokkeert de werking van histamine. Histamine is verantwoordelijk voor het ontstaan van allergische klachten. Een antihistaminicum kan over het algemeen oraal worden ingenomen. Het is belangrijk om een arts te raadplegen alvorens antihistaminica te gebruiken.
- Epinefrine: Een ander woord voor epinefrine is adrenaline. Adrenaline wordt toegediend in geval van een anafylactische shock. Patiënten met een hoog risico op anafylaxie hebben een auto injector pen. Deze bevat een dosis adrenaline die kan worden geïnjecteerd in de huid. Een omstander zal deze moeten toedienen, als een patiënt anafylactisch reageert. Door adrenaline vernauwen de bloedvaten zich weer. De alternatieve geneeskunde heeft een aantal behandelingen tegen allergieën. Deze zijn echter niet wetenschappelijk bewezen.
Voeding bij een aardappel allergie
Een aardappel allergie wordt behandeld door voedingsmiddelen met aardappel en aardappelzetmeel te verwijderen uit het eetpatroon. De aardappel wordt in veel producten verwerkt. Deze aardappelproducten zijn: aardappelkroketjes, aardappelpuree, aardappelschijfjes en partjes, chips, frites en rösti. Tevens zijn er voedingsmiddelen waar aardappelzetmeel in is verwerkt. Voorbeelden van deze producten zijn: kroketten, noodles, koekjes, taarten, soepen, burgers, Fish sticks, biscuits, kant en klare maaltijden, sauzen, borrelnootjes, worsten, chips en vegetarische producten. Op de verpakking van de voedingsmiddelen staat vermeld dat er aardappelzetmeel in is verwerkt. Een aardappelallergie kan erg ongemakkelijk zijn. Het kan beperkend voelen om geen aardappel en producten waar aardappels in verwerkt zijn, te kunnen gebruiken. De kans is altijd aanwezig dat een persoon alsnog in aanraking komt met een allergeen. Een manier waarop dat kan gebeuren is kruisbesmetting. Kruisbesmetting is het besmetten van een voedingsmiddel met een allergeen. Dat kan gebeuren door het voedingsmiddel niet goed te scheiden van andere voedingsmiddelen. Ook ongewassen handen, bestek of serviesgoed kunnen hiertoe leiden. Een persoon met een aardappelallergie kan hierdoor een allergische reactie krijgen. Een diëtist kan bij het kiezen van voedingsmiddelen helpen, zodat er voor producten gekozen wordt waar geen aardappel in is verwerkt.
Bovendien kan een persoon met een aardappel allergie op andere voedingsstoffen reageren. Wanneer hiertussen een wisselwerking optreedt, is er sprake van een kruisreactie. Een kruisreactie is een reactie van het immuunsysteem op een stof waarvoor het niet allergisch is. Een aardappelallergie gaat weleens samen met een kruisreactie voor ananaskers, aubergine, cayennepeper, chili, paprika, Spaanse peper, en tomaten. Een aardappel allergie gaat ook weleens samen met een allergie voor tabak en latex.
Het immuunsysteem kan nauwkeurig een aardappel allergeen herkennen. De nauwkeurigheid kent echter grenzen. Het afweersysteem herkent slechts een stukje van het allergeen: het epitoop. Een epitoop is de plaats op het antigeen die wordt herkend door de antistof in het bloed. De eigenschappen van een epitoop van aardappel en een epitoop van bijvoorbeeld aubergine komen sterk overeen. Soms wordt het epitoop van aubergine herkend als een aardappel allergeen. Hierdoor kan een persoon met aardappelallergeen reageren op aubergine. Kruisreacties veroorzaken regelmatig verwarring tijdens het stellen van een diagnose. Niet iedereen met een aardappel allergie heeft last van een kruisreactie.
Aanpassing van de voeding is alleen zinvol indien:
- klachten optreden na het eten van een ander soort knol;
- uit onderzoek blijkt dat het om een kruisreactie gaat.
Externe informatie of producten
We zijn extern onderstaande boeken, betreffende voedselallergieën, voor u tegengekomen:
- Eetwaar = eetbaar? Auteur J. Kamsteeg, Nederlands, 312 pagina’s. Een boek met veel informatie over de meest voorkomende en schaarsere voedselallergieën. voor mensen met een allergie of voor iedereen die meer wil weten over voeding en de samenstelling van voedsel. Alle soorten voedingsmiddelen en bijbehorende ziektebeelden komen aan bod.
- Basiskookboek Voedselallergie en Intolerantie. Diverse auteurs, Nederlands, 400 pagina’s. Meer dan 1.000 recepten zonder koemelk, lactose, kippenei, gluten, pinda’s, noten, additieven, cacao, sacharose (suiker), citrusfruit, soja, vis, schaal- en schelpdieren, aardappelen en mais.
- Voedselallergie. Auteurs E.H. Coene & Sander Kollaard, Nederlands, 156 pagina’s. Het boek start met een korte beschrijving wat voedselallergieen en voedselintoleranties zijn. Daarna gaat het in op de behandeling, de psychosociale gevolgen en de allergieën bij kinderen. Het boek bevat veel informatie plus een heleboel verwijzingen naar websites, telefoonnummer van hulplijnen en adressen van instanties.
- Living with Oral Allergy Syndrome (OAS) A Gluten and Meat-Free Cookbook for Wheat, Soy, Nut, Fresh Fruit and Vegetable Allergies. A guide to living with oral allergy syndrome, the leading cause of food allergies. 50-90% of people with hay fever suffer from related food allergies, known as oral allergy syndrome (OAS) or pollen-food allergies. Birch, grass, ragweed and latex allergies can cause cross-reactions with foods, making it difficult and dangerous for some people to eat a wide variety of healthy foods such as fresh fruit and vegetables, soy, nuts and wheat.
Disclaimer voedingsdoelen
DietCetera geeft u met bovenstaande tekst slechts algemene informatie. Wij hebben deze tekst niet gericht op individuele personen en omstandigheden. Vanzelfsprekend hebben we wel getracht deze informatie zo duidelijk en correct mogelijk te omschrijven. U blijft echter zelf verantwoordelijk voor uw eigen keuzes en interpretaties. Mocht u specifieke vragen of problemen hebben dan adviseren we u contact op te nemen met uw (huis)arts, diëtist of andere deskundigen. DietCetera is niet aansprakelijk voor eventuele schade ten gevolge van het onjuist interpreteren van deze tekst.