Voedselallergie
Een allergie en dus ook voedselallergie is een overdreven reactie van het immuunsysteem op een bepaalde stof. Het immuunsysteem beschermt het lichaam tegen bacteriën en virussen. Helaas reageert het soms ook op, onschadelijke, allergenen. Allergenen zijn eiwitten. Men kan allergisch zijn voor allergenen uit voedingsmiddelen, maar bijvoorbeeld ook voor huidschilfers van dieren en stuifmeelkorrels.
Een voedselallergie is een vorm van voedselovergevoeligheid. Voedselovergevoeligheid is een overkoepelende term voor overgevoelige reacties op voedingsmiddelen.
Voedselovergevoeligheid wordt opgedeeld in twee vormen: allergische voedselovergevoeligheid en niet-allergische voedselovergevoeligheid.
- De allergische vorm wordt ook wel voedselallergie genoemd.
- De niet-allergische vorm wordt ook wel voedselintolerantie genoemd.
We behandelen in deze site de volgende hoofdgroepen voedselallergieën:
- Fruit
- Granen
- Groente
- Kruiden en specerijen
- Noten
- Dierlijk
- Overige waaronder hooikoorts.
We behandelen in deze site de volgende intoleranties en aversies:
- Citroenzuur
- Fructose
- Gist
- Gluten (Coeliakie)
- Histamine
- Lactose
- MSG (Ve-tsin of E621)
- Suiker
- Kleurstoffen
- Zoetstoffen
- Groente
- Kaas
- Vis
1-3% van de volwassenen heeft last van voedselovergevoeligheid. 4-6% van de kinderen heeft last van voedselovergevoeligheid. Er zijn weinig cijfers bekend over het vóórkomen van specifiek voedselallergie. Geschat wordt dat 1-2% van de volwassenen en 1-3% van de kinderen last heeft van voedselallergie. Het is mogelijk dat men meerdere voedselallergieën heeft. Een voedselallergie voor tarwe komt bijvoorbeeld vaak voor in combinatie met een voedselallergie voor rogge. Rogge en tarwe behoren namelijk tot dezelfde graanfamilie, triticum. Tarweallergie staat in de top 10 van meest voorkomende voedselallergieën. In deze lijst zijn ook koemelk-, pinda- en soja-allergie opgenomen.
Wat is een voedselallergie?
Er bestaan verschillende type allergieën. Reactie op een stof is bij de verschillende types hetzelfde, alleen de oorzaak is verschillend. De verschillende typen allergieën zijn:
- Type I: Type I is een IgE-afhankelijke allergie. Dit betekent dat zich alleen symptomen voordoen, indien IgE in het lichaam aanwezig is. IgE is een afkorting voor immunoglobuline E. Immunoglobuline E is een antilichaam. Een antilichaam hecht zich aan een allergeen. Een antilichaam is het stof in het lichaam dat lichaamsvreemde stoffen aanvalt. Een allergeen is altijd een eiwit. Een eiwit is echter niet altijd een allergeen. Een eiwit is alleen een allergeen voor diegene die allergisch is voor datgene waar het eiwit een onderdeel van is. Dit betekent dat mensen die bijvoorbeeld een tarweallergie hebben een allergische reactie krijgen door het eiwit van tarwe. Het eiwit dat in de tarwe zit, is dan het allergeen. Een allergeen komt het lichaam binnen via de huid, de luchtwegen of het maagdarmkanaal. Over het algemeen is een allergeen niet schadelijk voor het lichaam. Een allergisch lichaam herkent het echter niet en beoordeelt het als een lichaamsvreemde stof. Dan volgt een reactie van het afweersysteem. Het afweersysteem wordt ook wel het immuunsysteem genoemd. Het immuunsysteem reageert door een antilichaam (IgE) te maken die een allergeen opruimt. Tijdens de opruiming komt histamine vrij. Histamine is verantwoordelijk voor de symptomen van een allergie. Vaak is slechts een kleine hoeveelheid van een allergeen nodig om een reactie te veroorzaken. Niet alleen kan dit type allergie voorkomen bij voedingsmiddelen. Ook bijvoorbeeld astma en hooikoorts horen bij type I allergie. Bij astma is er sprake van een chronische ontsteking van de luchtwegen. Chronisch wil zeggen dat het blijvend is. Bij hooikoorts kan men allergisch zijn voor stuifmeel van bijvoorbeeld grassen of bepaalde boomsoorten.
- Type II: Type II wordt ook wel een cytotoxische allergie genoemd. Bij dit type allergie richten de antilichamen (IgG of IgM) zich op de antigenen, die zich bij cellen en weefsels bevinden. Wanneer het allergeen zich aan cellen en weefsels hecht, worden de cellen en weefsels namelijk niet meer als lichaamseigen herkend bij de persoon met de allergie. De antilichamen reageren hierdoor met de allergenen. Het gevolg hiervan is dat cellen en weefsels worden afgebroken. Deze allergische reactie kan bijvoorbeeld optreden bij een bloedtransfusie wanneer de bloedgroep van de ontvanger niet overeenkomt met de bloedgroep van de donor. Maar ook een geneesmiddel kan voor deze reactie zorgen.
- Type III: Type III wordt ook wel immuuncomplex-ziekte genoemd. Immuuncomplex-ziekte wil zeggen dat de lichaamsvreemde stof (het antigeen) reageert met de antilichamen. De antilichamen zijn bij een type III allergische reactie IgG of IgM. Bij dit type allergie vindt de reactie al plaats in het bloed. Wanneer de antigenen met de antilichamen reageren, kunnen er binnen twee uur tot ongeveer 72 uur na aanraking met het allergeen symptomen optreden. Dit type reactie kan ontstaan bij een voedselallergie.
- Type IV: Type IV allergie wordt ook wel een cellulaire allergie genoemd. Bij dit type allergie reageren T-lymfocyten met het allergeen. T-lymfocyten zijn cellen die het lichaam beschermen. 24 tot 48 uur na deze reactie ontwikkelt zich een ontsteking. Dit type reactie kan optreden bij een contactallergie. Bij een contactallergie kan het lichaam allergisch reageren wanneer de huid in aanraking komt met bepaalde stoffen. Men kan bijvoorbeeld een contactallergie hebben voor nikkel en latex.
Voedselallergie of intolerantie?
Een allergie wordt regelmatig verward met een intolerantie. Deze begrippen hebben echter een andere betekenis.
- Een allergie wordt veroorzaakt door een reactie van het immuunsysteem. Een intolerantie wordt niet veroorzaakt door een reactie van het immuunsysteem. Desondanks reageert het lichaam op een stof die het niet kan verdragen.
- Een allergische reactie geschiedt al na contact met een kleine hoeveelheid allergeen. Een intolerante reactie geschiedt pas na contact met een grote hoeveelheid allergeen.
- Een allergie kan levensbedreigend zijn in geval van een anafylactische shock. Dit laatste begrip wordt verderop uitgelegd. Een intolerantie kan niet levensbedreigend zijn.
Voedselallergie oorzaken
Een voedselallergie kan aangeboren of later verkregen zijn. De voedselallergie is aangeboren als het eerste contact met een allergeen direct een reactie veroorzaakt. De reactie doet zich meestal over het hele lichaam voor. De voedselallergie is later verkregen als herhaaldelijk contact met een allergeen een reactie veroorzaakt. De reactie doet zich meestal alleen plaatselijk voor. Wanneer beide ouders een allergie hebben, neemt de kans op een allergie voor het kind toe met 50%. Hebben beide ouders dezelfde allergie, dan heeft het kind 70% op het krijgen van de allergie.
Na het eerste contact met een allergeen maakt het lichaam antilichamen aan. Een antilichaam hecht zich aan een allergeen om het herkenbaar of inactief te maken. Het lichaam is gevoelig voor een allergeen vanaf het moment dat antilichamen worden aangemaakt. Dit proces wordt sensibilisatie genoemd. De antilichamen zijn de zogenaamde immunoglobulines. Deze behoren bij het type I allergie tot het E-type (IgE). Bij een allergie voor bijvoorbeeld koemelk komt door inname van een voedingsmiddel met koemelk, koemelk-eiwit in aanraking met het betreffende IgE. Het IgE wordt vervolgens verbonden met een mestcel. Een mestcel is een bloedcel die is gevuld met histamine. Histamine is verantwoordelijk voor het ontstaan van allergische klachten. Door het IgE wordt de mestcel geactiveerd. Hierdoor komt histamine uit de cel. Dit proces wordt degranulatie genoemd.
Voedselallergie fasegewijs:
- Het allergeen (koemelk-eiwit in dit voorbeeld) wordt gedetecteerd.
- Het IgE wordt aangemaakt.
- Het IgE wordt verbonden met de mestcel.
- Het allergeen (koemelk-eiwit in dit voorbeeld) wordt verbonden aan het IgE.
- De mestcel wordt geactiveerd.
- Histamine wordt vrijgemaakt uit de mestcel.
- Een allergische reactie wordt uitgelokt.
De allergische reactie ontstaat waar de mestcellen zich bevinden. In het geval van een voedselallergie is dit over het algemeen in de darmen.
Symptomen voedselallergie
Er zijn meerdere symptomen die bij een voedselallergie kunnen voorkomen. Deze symptomen verschillen per persoon en per allergie. De ernst van de symptomen varieert van mild tot ernstig. Allergische symptomen kunnen binnen een paar minuten tot enkele uren na het in aanraking komen met het allergeen optreden. Eczeem treedt soms zelf pas na een aantal dagen op. In extreme situaties kan anafylaxie optreden. Anafylaxie is een medische term voor een levensbedreigende allergische reactie. Een ander woord voor anafylaxie is anafylactische shock. Anafylaxie wordt veroorzaakt door een verwijding van de bloedvaten. Symptomen zijn ademhalingsmoeilijkheden, een lage bloeddruk en een vertraagde hartslag. De ernstigste vorm kan in enkele minuten tot de dood leiden, wanneer deze niet meteen wordt behandeld. Ernstige anafylactische reacties zijn echter zeldzaam. Bovenstaande symptomen kunnen overeen komen met symptomen van een andere aandoening. Indien een allergie wordt vermoed, is het verstandig om een arts te raadplegen.
Diagnose voedselallergie
De arts zal eerst een lichamelijk onderzoek doen. Indien een allergie wordt vermoed, wordt nader onderzoek gedaan. Er zijn verschillende onderzoeken mogelijk:
- RAST (Radio Allergo Sorbent Test): Een allergie kan worden aangetoond met een bloedonderzoek. Er wordt bloed afgenomen. Het bloed wordt onderzocht op de aanwezigheid van antilichamen tegen een allergeen eiwit. Een positieve uitslag duidt op een allergie. Een RAST uitslag is echter niet 100% betrouwbaar. Hiervoor is nader onderzoek noodzakelijk.
- Huidpriktest: Een allergie kan worden aangetoond met een huidonderzoek. Druppels van een allergeen worden op de huid geplaatst. De huid wordt door de druppel heen geprikt. De prikplaats wordt 15 à 20 minuten later bekeken door een deskundige. Een reactie van de huid (zoals zwelling) duidt op een allergie. Deze test wordt soms gedaan door in een allergeen product te prikken en vervolgens in de huid te prikken.
- Eliminatie-provocatie: Een allergie kan worden aangetoond met een voedseltest. Een verdacht voedingsmiddel wordt gedurende 4 à 6 weken uit het eetpatroon verwijderd (eliminatie). Wanneer de klachten verdwijnen, wordt het voedingsmiddel weer aan het eetpatroon toegevoegd (provocatie). Wanneer de klachten terugkeren, wordt een persoon allergisch bevonden.
- Dubbelblind placebo gecontroleerd onderzoek: Een allergie kan met zekerheid worden aangetoond met dit onderzoek. Een patiënt krijgt een aantal testvoedingen. De testvoedingen bevatten een (oplopende hoeveelheid) allergeen of geen allergeen. De patiënt noch de arts weet welke testvoeding een allergeen bevat. Dat wordt duidelijk, wanneer het onderzoek afgelopen is. De test kan dus niet worden beïnvloed.
Deze onderzoeken worden uitgevoerd door professionals. Wanneer een ernstige reactie dreigt (eliminatie-provocatie), worden de onderzoeken in het ziekenhuis uitgevoerd.
Bijgaand een interessante video op YouTube betreffende voedselallergie bij kinderen en het opsporen van die voedselallergie.
Behandeling voedselallergie
Wanneer de diagnose is gesteld, kunnen maatregelen worden genomen. Een allergie kan niet actief worden genezen. Men kan er wel overheen groeien. De beste manier om klachten te voorkomen is het vermijden van producten die het allergeen bevatten wanneer sprake is van een allergie. Bij een voedselallergie betekent dit dat bepaalde voedingsmiddelen vermeden dienen te worden. Bij een allergie voor bijvoorbeeld nikkel, dienen producten die nikkel bevatten vermeden te worden. Nikkel zit bijvoorbeeld in sieraden.
Er zijn ook manieren om de klachten te verminderen, wanneer men (per ongeluk) met het allergeen in aanraking komt, zoals:
- Antihistaminica: Een antihistaminicum is een medicijn dat een allergische reactie onderdrukt. Het blokkeert de werking van histamine. Histamine is verantwoordelijk voor het ontstaan van allergische klachten. Een antihistaminicum kan over het algemeen oraal worden ingenomen. Het is belangrijk om een arts te raadplegen alvorens antihistaminica te gebruiken.
- Epinefrine: Een ander woord voor epinefrine is adrenaline. Adrenaline wordt toegediend in geval van een anafylactische shock. Patiënten met een hoog risico op anafylaxie hebben een auto injector pen. Deze bevat een dosis adrenaline die kan worden geïnjecteerd in de huid. Een omstander zal deze moeten toedienen, als een patiënt anafylactisch reageert. Door adrenaline vernauwen de bloedvaten zich weer.
- Andere allergie middelen
De alternatieve geneeskunde heeft een aantal behandelingen tegen allergieën. Deze zijn echter niet wetenschappelijk bewezen.
Voeding bij een voedselallergie
Een voedselallergie wordt behandeld door voedingsmiddelen met het allergeen te verwijderen uit het eetpatroon wanneer er sprake is van een voedselallergie. Allergenen kunnen zich in verschillende voedingsmiddelen bevinden. Zo bevindt tarwe zich in bijvoorbeeld brood, koek en pasta. Wanneer producten het allergeen bevatten, dienen deze producten vermeden te worden. Door het vermijden van producten die het allergeen bevatten, worden klachten voorkomen. Een voedselallergie kan erg ongemakkelijk zijn en beperkend voelen. Men kan namelijk niet alles eten wat men misschien zou willen eten. Tevens is er een kans aanwezig dat een persoon alsnog in aanraking komt met een allergeen.
Een manier waarop dat kan gebeuren is kruisbesmetting. Kruisbesmetting is het besmetten van een voedingsmiddel met een allergeen. Dat kan gebeuren door het voedingsmiddel niet goed te scheiden van andere voedingsmiddelen. Ook ongewassen handen, bestek of serviesgoed kunnen hiertoe leiden. Een persoon met een allergie kan hierdoor een allergische reactie krijgen.
Omdat bepaalde producten uit het eetpatroon verwijderd moeten worden, kunnen tekorten ontstaan. Welke tekorten makkelijk kunnen optreden, verschilt per voedselallergie. Een mogelijkheid is het vervangen van een ontbrekend product door een ander product. Zo kan bij een pinda allergie pindakaas vervangen worden door een pasta van zonnebloempitten. Andere producten kunnen ook worden vervangen. Een diëtiste kan hiermee helpen.
Een persoon met een allergie kan ook reageren op andere voedingsstoffen. Wanneer hiertussen een wisselwerking optreedt, is er sprake van een kruisreactie. Een kruisreactie is een reactie van het immuunsysteem op een stof waarvoor het niet allergisch is. Zo gaat bijvoorbeeld een appelallergie weleens samen met een kruisreactie op andere vruchten zoals peer, perzik, kers, abrikoos, pruim en aardbei. Deze fruitsoorten bevatten een soortgelijk eiwit als appel en veroorzaken dezelfde klachten. appelallergie gaat ook weleens samen met een allergie voor berkenpollen. Het immuunsysteem kan nauwkeurig een appelallergeen herkennen. De nauwkeurigheid kent echter grenzen.
Het afweersysteem herkent slechts een stukje van het allergeen: het epitoop. Een epitoop is de plaats op het antigeen die wordt herkend door de antistof in het bloed. De eigenschappen van een epitoop van appel en een epitoop van bijvoorbeeld peer komen sterk overeen. Soms wordt het epitoop van peer herkend als een appelallergeen. Hierdoor kan een persoon met appelallergie reageren op peer. Kruisreacties veroorzaken regelmatig verwarring tijdens het stellen van een diagnose. Niet iedereen met appelallergie heeft last van een kruisreactie.
Aanpassing van de voeding is alleen zinvol indien:
- klachten optreden na het eten van een ander soort fruit;
- uit onderzoek blijkt dat het om een kruisreactie gaat.
Onderzoek voedselallergie
- Volgens onderzoek wordt de kans op een kind met een allergie verhoogd door roken tijdens de zwangerschap. Het ongeboren kind heeft ongeveer 50% meer risico om een allergie te ontwikkelen. Ook roken in de omgeving van een kind kan de kans verhogen.
- Moedermelk biedt de beste bescherming tegen een voedselallergie. Daarom wordt aanbevolen om een kind de eerste vier maanden moedermelk te geven. Wanneer een kind aanleg voor een allergie heeft, wordt zelfs aanbevolen om de eerste zes maanden moedermelk te geven.
- Volgens onderzoek zijn Amerikaanse kinderen met een voedselallergie kwetsbaar. Eén op de drie wordt gepest met de allergie. Soms gaat het pesten erg ver. Dan wordt er eten in de mond gestopt of richting het kind gegooid. Deze situatie kan zeer beangstigend en bovendien levensbedreigend zijn. (Rochman, 2012)
- Stichting Voedselallergie is een patiëntenorganisatie voor mensen met een voedselallergie en publiceert ook regelmatig onderzoeken.
Externe informatie voedselallergie of producten
We zijn extern onderstaande boeken en producten, betreffende voedselallergieën, voor u tegengekomen:
- Eetwaar = eetbaar? Auteur J. Kamsteeg, Nederlands, 312 pagina’s. Een boek met veel informatie over de meest voorkomende en schaarsere voedselallergieën. voor mensen met een allergie of voor iedereen die meer wil weten over voeding en de samenstelling van voedsel. Alle soorten voedingsmiddelen en bijbehorende ziektebeelden komen aan bod.
- Basiskookboek Voedselallergie en Intolerantie. Diverse auteurs, Nederlands, 400 pagina’s. Meer dan 1.000 recepten zonder koemelk, lactose, kippenei, gluten, pinda’s, noten, additieven, cacao, saccharose (suiker), citrusfruit, soja, vis, schaal- en schelpdieren, aardappelen en mais.
- Voedselallergie. Auteurs E.H. Coene & Sander Kollaard, Nederlands, 156 pagina’s. Het boek start met een korte beschrijving wat voedselallergieen en voedselintoleranties zijn. Daarna gaat het in op de behandeling, de psychosociale gevolgen en de allergieën bij kinderen. Het boek bevat veel informatie plus een heleboel verwijzingen naar websites, telefoonnummer van hulplijnen en adressen van instanties.
- Diverse allergietesten.
- Diverse anti-allergie apparaten. Vooral bij huisdierallergie, hooikoorts of andere pollenallergieën kunnen anti-allergie apparaten verlichting bieden. Door middel van lichttherapie worden geïrriteerde neusslijmvliezen aangepakt, afvalstoffen beter afgevoerd en wordt de doorbloeding en zuurstoftoevoer verbeterd.
- Complete overzicht van kruiden en specerijen zonder allergenen.
Disclaimer voedingsdoelen
DietCetera geeft u met bovenstaande tekst slechts algemene informatie. Wij hebben deze tekst niet gericht op individuele personen en omstandigheden. Vanzelfsprekend hebben we wel getracht deze informatie zo duidelijk en correct mogelijk te omschrijven. U blijft echter zelf verantwoordelijk voor uw eigen keuzes en interpretaties. Mocht u specifieke vragen of problemen hebben dan adviseren we u contact op te nemen met uw (huis)arts, diëtist of andere deskundigen. DietCetera is niet aansprakelijk voor eventuele schade ten gevolge van het onjuist interpreteren van deze tekst.