Aandoeningen
Aandoeningen zijn een afwijking van de gezonde toestand van het lichaam en/of de geest. Een aandoening staat niet op zichzelf. Het is een overkoepelend begrip voor een verzameling van onder andere symptomen, syndromen, ziekten, handicaps en letsels. Wanneer men het over aandoeningen heeft, kan er onderscheid gemaakt worden tussen oorzaken of symptomen.
Aandoeningen kunnen veroorzaakt worden door
- Ziekte: Een ziekte is een schadelijke lichamelijke of psychische (geestelijke) afwijking. Een ziekte kan beschreven worden aan de hand van de symptomen of de oorzaken. Kenmerkend voor een ziekte is dan ook dat het een zeker proces aanduidt. Er is een begin, een beloop en een eindtoestand. De eindtoestand van een ziekte is genezing, een blijvend effect op de gezondheid of de dood.
- Trauma: Met trauma wordt het letsel met een verloop bedoeld. Het letsel moet in dit geval veroorzaakt worden door beschadiging. Hierbij maakt het niet uit of het om lichamelijk of psychisch letsel gaat. Er kan een trauma ontstaan door bijvoorbeeld een auto-ongeluk, maar ook het verliezen van een dierbare kan een trauma veroorzaken.
- Handicap: Een handicap is een aangeboren beperking van lichamelijke, verstandelijke, psychische en/of sociale aard. Er zijn 3 soorten handicaps:
Lichamelijk gehandicapt: Lichamelijk gehandicapt is als er iets is met het lichaam. Voorbeelden zijn blindheid, doofheid, het missen van ledematen en een mindere werking van spieren.
Geestelijk gehandicapt: Bij een geestelijke handicap is er iets mis met de hersenen. De hersenen kunnen dan niet alles regelen, waardoor het lichaam niet meer goed werkt.
Meervoudig gehandicapt: Meervoudig gehandicapt betekent dat iemand én lichamelijk én geestelijk een ziekte heeft. Een voorbeeld is dat iemand door een auto ongeluk een been heeft verloren, maar dat er ook iets in de hersenen kapot is gegaan, waardoor hij niet meer kan praten. - Stigma: Een stigma is een aandoening zonder verloop en zonder functieverlies. Voorbeelden hiervan zijn een moedervlek of een litteken.
Ernst van de aandoening
Een ziekte begint vaak onopgemerkt. Bij infectieziekten heet de periode voordat het opgemerkt wordt de incubatieperiode. Kortdurende ziektes, zoals een verkoudheid, kunnen vanzelf genezen, soms zelfs zonder dat er een ziekte-inzicht is opgetreden. Ook bij langduriger ziekten kan door verschillende oorzaken het ziektebesef achterwege blijven. Ziekte-inzicht is het besef dat er sprake is van een ziekte. Dit is niet altijd vanzelfsprekend. Mensen met de merkwaardigste denkbeelden kunnen zichzelf volstrekt normaal vinden en de hele wereld voor gek verklaren. Vaak is dat door ontkenning of soms door niet-aangeboren hersenletsel. Een somatische aandoening is een lichamelijke aandoening en niet psychisch. Een somatische aandoening kan mensen in het normale functioneren belemmeren en kan levensbedreigend zijn. Het niet hebben van ziekte-inzicht kan een symptoom zijn.
Bij langdurigere ziekten, zoals migraine of eczeem, neemt de hevigheid van de klachten na verloop van tijd af. In de meeste gevallen zal het lichaam zichzelf herstellen. Bij ernstige ziekten, zoals kanker, kan het lichaam zichzelf niet herstellen zonder een behandeling. Ook met een behandeling kan een ziekte zoveel van het lichaam vergen dat er blijvende gevolgen zijn. Er ontstaat dan een chronische ziekte, zoals astma of diabetes. Een chronische ziekte is een ziekte die lange tijd voortduurt. In Nederland wordt, afhankelijk van de ziekte, een termijn van het aanhouden van de klacht van langer dan zes weken tot zes maanden gehanteerd. Chronische ziektes en aandoeningen kunnen niet door vaccins worden verhinderd of door medicijnen worden genezen. Een vaccin is een middel dat bij een persoon wordt toegediend. Het middel bevat een stof die ervoor zorgt dat men niet ziek wordt. Een vaccin is geen geneesmiddel.
Symptomen aandoening
Symptomen van ziekte zijn onder andere koorts, misselijkheid, pijn, braken, diarree en vermoeidheid. Het verschilt per persoon welke symptomen optreden. Ook de ernst van de symptomen kan verschillen. Het bestrijden van symptomen kost het lichaam veel energie. Niet alleen ziek zijn, maar ook het aansterken na ziekte of een operatieve ingreep vraagt veel van het lichaam. Hierdoor verbruikt het lichaam meer voedingsstoffen. Een hoger verbruik betekent dat het lichaam meer nodig heeft. Deze voedingsstoffen dienen via de voeding te worden aangevuld. In veel gevallen eten mensen echter juist minder als ze ziek zijn. Hierdoor krijgt het lichaam minder voedingsstoffen binnen. In sommige gevallen zelfs te weinig. Dit vergroot de kans op ondervoeding. Van ondervoeding is sprake wanneer er binnen 1 maand onbedoeld meer dan 5% of binnen 6 maanden meer dan 10 % aan gewicht is verloren. Ondervoeding zorgt ervoor dat het proces van aansterken en herstellen na ziekte langer duurt.
Diagnose aandoening
Zodra sprake is van een ziektebesef, kan geprobeerd worden een diagnose te stellen. Bij objectieve ziekteverschijnselen kan het inwendig of uitwendig worden onderzocht. Objectieve ziekteverschijnselen zijn direct waar te nemen met het oog, zoals knobbels of roodheid. Subjectieve verschijnselen kunnen het stellen van de diagnose moeilijker maken. Subjectieve verschijnselen zijn niet direct waar te nemen met het oog. Als vastgesteld kan worden welke ziekte het betreft, is het meestal veel beter mogelijk een behandeling te bepalen.
Verschillende ziektes en aandoeningen
DietCetera biedt voor de volgende categorieën ziektes en aandoeningen een voedingsdoelverdieping aan:
- Aansterken: Bij aansterken kan gedacht worden aan het herstel bij een (chronische) ziekte. Maar ook aan het aansterken voor of na het ondergaan van een operatie of andere (medische) behandeling. Een ding hebben de verschillende ziekteprocessen met elkaar gemeen: het kost het lichaam veel energie. Onder aansterken vallen de diensten energietoename en gewichtstoename.
- Ademhaling: Bij de ademhaling kunnen zich ook ziektes en aandoeningen voordoen. Astma en COPD zijn daar twee voorbeelden van. Astma is een chronische longziekte. Bij astma zijn de luchtwegen in de longen overgevoelig voor bepaalde prikkels. Hierdoor raken de luchtwegen van neus, keel en longen iets ontstoken. COPD is een longaandoening en is ook chronisch van aard.
- Bewegingsapparaat: Het bewegingsapparaat omvat het orgaansysteem, waardoor mensen zich kunnen voortbewegen. Ziektes en aandoeningen van het bewegingsapparaat kunnen onder andere osteoporose en fibromyalgie zijn. Osteoporose wordt ook wel botontkalking genoemd. Fibromyalgie is niets anders dan pijn in bindweefsel en spieren. Bindweefsel omvat de banden, pezen en het gewrichtskapsel. Deze lichaamsonderdelen zorgen voor stevigheid van de houding en het bewegingsapparaat (botten en gewrichten). Fibromyalgie veroorzaakt langdurige pijn.
- Bloedsomloop: De bloedsomloop is het transportsysteem van het lichaam. Aderverkalking en bloedarmoede zijn ziektes die betrekking hebben op de bloedsomloop. Aderverkalking is een langzaam proces, waarbij slagaders vernauwen naarmate men ouder wordt. Omdat het alleen de slagaders treft, wordt ook wel gesproken van slagaderverkalking. Andere synoniemen zijn vaatvernauwing en arteriosclerose. Bloedarmoede wordt ook wel anemie genoemd. Anemie is de medische term. Als er sprake is van bloedarmoede wil dat niet zeggen dat er minder bloed in het lichaam aanwezig is, wat nogal eens wordt gedacht. Bij bloedarmoede is er minder hemoglobine in het bloed aanwezig. Hemoglobine wordt vaak afgekort als Hb. Hemoglobine is een onderdeel van de rode bloedcel. Hemoglobine zorgt er voor dat bloed een rode kleur heeft. Rode bloedcellen worden ook wel erytrocyten genoemd. De belangrijkste functie van de rode bloedcel is het transporteren van zuurstof door het lichaam.
- Eetstoornissen: Een eetstoornis uit zich in een obsessie voor eten en de invloed daarvan op het lichaam. Alle eetstoornissen gaan gepaard met een verstoord eetgedrag. Daarnaast is bij de meeste eetstoornissen sprake van een te hoog of een te laag lichaamsgewicht. Echter, er kan ook sprake zijn van een gezond gewicht. Een ander kenmerk van een eetstoornis is angst om dik te worden. Een voorbeeld van een eetstoornis is anorexia. Anorexia kenmerkt zich door het opzettelijk uithongeren van het lichaam door een vertekend lichaamsbeeld.
- Hormoonstelsel: Het hormoonstelsel is het geheel van hormonen en organen die hormonen af kunnen geven. Een ziekte die betrekking heeft op het hormoonstelsel is diabetes. Diabetes mellitus of suikerziekte is een stofwisselingsziekte. Een stofwisselingsziekte is een ziekte die een verstoring van de stofwisseling veroorzaakt. De stofwisseling is het geheel van processen die plaatsvinden in de cellen van het lichaam.
- Immuunsysteem: Het menselijke immuunsysteem is als het ware een afweerlinie tegen ziekteverwekkers. Griep en verkoudheid zijn ziektes die voorkomen bij een verzwakt immuunsysteem.
- Kanker: kanker is een verzamelnaam voor meer dan honderd verschillende ziekten. Iedere kanker verschilt, zo ook het ontstaan van elke soort. Alle soorten worden gekenmerkt door een ontregelde, ongeremde deling van lichaamscellen.
- Urinewegstelsel: De nieren en urinewegen worden ook wel het urinewegstelsel genoemd. De nieren en urinewegen vormen samen een filtersysteem voor het bloed. Samen zorgen de nieren en urinewegen er namelijk voor dat afvalstoffen die in het bloed aanwezig zijn, worden uitgescheiden. Blaasontsteking is een voorbeeld van een aandoening van de nieren en urinewegen.
- Geest en gedrag: Psyche betekent letterlijk ziel en geest en vormt een geheel van de processen die zich in het hoofd van de mens afspelen. Gedrag is datgene wat anderen van iemand kunnen zien qua houding, spraak en hoe iemand zich gedraagt tegenover andere mensen. Ook hierbij kunnen ziektes en aandoeningen voorkomen zoals een burn-out. Een burn-out is een psychologische aandoening. Het betekent letterlijk “opgebrand”. Iemand met een burn-out is geestelijk en lichamelijk uitgeput, wat betekent dat alle energie uit het lichaam is.
- Spijsvertering: Spijsvertering betekent letterlijk ‘het verteren van spijzen’. Dit betekent het afbreken van voedingsstoffen uit de voeding tot kleinere stukken. Obstipatie is een veelvoorkomende aandoening wanneer de spijsvertering niet optimaal is.
- Keel, mond en oren: Ook in de keel, mond en oren is er kans op het ontwikkelen van een ziekte of een aandoening, zoals een koortslip. Een koortslip is een infectie van de huid. Deze infectie komt voor op of in de buurt van de lippen.
- Ogen: Aan de ogen kunnen ook ziektes en aandoeningen voorkomen, zoals staar. Staar is de benaming voor twee zeer verschillende oogziekten, die beide kunnen leiden tot verlies van het gezichtsvermogen.
- Huid: Aan de huid kunnen ziektes of aandoeningen voorkomen, zoals eczeem. Eczeem is een verzamelnaam voor aandoeningen aan de oppervlakte van de huid. De huidaandoeningen worden veroorzaakt door een ontstekingsreactie van de huid.
- Voortplantingsgestel: Ook bij het voorplantingsgestel komen er ziektes en aandoeningen voor. Een voorbeeld is impotentie. Impotentie is een erectiestoornis.
- Zenuwstelsel: Als laatst is er nog het zenuwstelsel. Ziektes en aandoeningen die kunnen voorkomen bij het zenuwstelsel zijn onder andere hoofdpijn en Ziekte van Parkinson.
Behandeling aandoeningen
Therapie of behandeling is een poging om een ziekte of aandoening te genezen of te verlichten. De therapie of behandeling kan variëren van geneesmiddelen, chirurgie, medische apparatuur of fysiotherapie. Het verschilt per ziekte en aandoening welke behandeling noodzakelijk is. Van groot belang is dat vroegtijdig aan de behandeling wordt begonnen om te voorkomen dat de ziekte of aandoening verergert. Bepaalde ziektes en aandoeningen kunnen ook behandeld worden door veranderingen in de voeding en/of leefstijl.
Voeding en beweging bij aandoeningen
In geval van een ziekte of een aandoening is goede voeding extra belangrijk. Met goede voeding wordt hier bedoeld dat het goed is voor het individu zelf. Vaak is ‘gewoon’ gezond eten voldoende, maar soms is een aangepaste voeding nodig, bijvoorbeeld bij griep, kanker, diabetes en brandwonden. Voeding is belangrijk in zowel het voorkomen als het herstellen van de ziekte of aandoening. Voedsel kan ook de oorzaak zijn van de aandoening. Bij voedselovergevoeligheid gaat het om een allergie of een intolerantie voor een bepaald bestanddeel uit voeding. Een allergie of een intolerantie worden los van ziektes en aandoeningen behandeld. Een aparte plaats verdienen de eetstoornissen, waarvan anorexia nervosa en boulimia nervosa de bekendste zijn. Deze hebben een relatie met voeding, maar zijn psychisch van aard.
Een volwaardige voeding
Hoe beter de voeding alle benodigde voedingsstoffen levert, hoe sneller het herstel van een ziekte, operatie of behandeling verloopt. Het lichaamsgewicht is een goede maat om te controleren of iemand voor het aansterken voldoende energie binnen krijgt.
Een dalend gewicht is een teken dat de voeding onvoldoende energie levert. Als het gewicht onbedoeld achteruit gaat, is het aan te raden dit te bespreken met de huisarts en diëtist. Afhankelijk van de duur van de ziekte of het herstel van een operatie, kan een energie- en/of eiwittekort optreden. Kortdurende ziekte wordt ook wel acute ziekte genoemd. Acute ziektes hebben vaak een kortere duur en heftiger verloop. De duur kan variëren van een paar dagen tot enkele weken. Denk bijvoorbeeld aan griep. Het tegenovergestelde is een chronische ziekte ofwel een langdurige ziekte. Chronische ziektes duren vaak maanden tot jaren. In veel gevallen is een chronische ziekte blijvend. Een voorbeeld van een chronische ziekte is een nierziekte. Bij chronische ziekte is er vaak een tekort aan energie én eiwit. Bij acute ziekte is er vaak enkel sprake van een tekort aan eiwit.
Bij ziektes en aandoeningen is het belangrijk om er op te letten dat de voeding op onderstaande punten voldoende levert:
- Energie: De voeding levert energie in de vorm van voedingsstoffen. Dit kunnen eiwitten, vetten en koolhydraten zijn. Het lichaam geeft betreffende de energie de voorkeur aan koolhydraten. Via de voeding krijgt het lichaam koolhydraten binnen. Koolhydraten worden ook wel suikers genoemd. Deze suikers kan het lichaam gemakkelijk als brandstof benutten. Een overschot aan suikers slaat het lichaam op in de zogenaamde koolhydraatvoorraden. Daarnaast kan vet uit de voeding als brandstof dienen. Vet dat niet als brandstof dient, wordt door het lichaam opgeslagen als reservevoorraad. Deze reserve wordt aangesproken op momenten dat minder energie via de voeding binnen komt. Bijvoorbeeld door een verminderde eetlust bij ziekte. In dat geval gaat het lichaam de eigen koolhydraat- en vetvoorraden aanspreken. Echter bij langdurige voedingstekorten raken ook deze lichaamsvoorraden op. Op dat moment schieten dus zowel de koolhydraten als de vetten tekort. Daarmee ook de suikers. De hersenen kunnen zonder suiker niet goed functioneren, omdat het een brandstof is. Om die reden gaat het lichaam suiker halen uit eiwit. Eiwit kan via een ingewikkeld lichamelijk proces worden omgezet in suiker. De voeding levert eiwitten. Maar ook spieren zijn opgebouwd uit eiwitten. Bij langdurig onvoldoende eiwit en energie in de voeding gaat het lichaam spieren afbreken. In dat geval wordt eiwit als brandstof in plaats van als bouwstof gebruikt. Terwijl eiwit bij aansterken na ziekte juist een belangrijke rol heeft als bouwstof. Voldoende energie in de voeding kan voorkomen dat eiwit als brandstof wordt gebruikt. Vet speelt daarin een belangrijke rol. Vet levert in verhouding tot koolhydraten en eiwit de meeste calorieën. Vet wordt echter vaak geassocieerd met ongezond. Vooral verzadigd vet. Dit vet is het slechte vet. Het vergroot de kans op hart- en vaatziekten. Goed vet is onverzadigd vet. Bij ziektes en aandoeningen kan het echter geen kwaad extra vetrijke producten te gebruiken (tenzij uitgezonderd). Ook het tijdelijk gebruiken van verzadigd vet is niet erg. Het belang van aansterken staat in dat geval voorop. Het is wel van belang dat na het aansterken de hoeveelheid verzadigd vet weer wordt verminderd.
- Eiwitten: Eiwit oftewel proteïne vormt de belangrijkst stof tijdens een ziekte. Het lichaam heeft proteïne nodig voor opbouw en herstel van spieren, organen, zenuwen, huidweefsel en botten. Daarnaast is eiwit nodig voor de aanmaak van bloed. Bloed speelt een belangrijke rol bij de weerstand en wondgenezing. Bloed bevat onder andere witte bloedcellen en bloedplaatjes. Witte bloedcellen zijn de soldaatjes van het lichaam. Deze worden ook wel lymfocyten genoemd. Lymfocyten spelen een belangrijke rol bij de weerstand. Deze zorgen ervoor dat ziekteverwekkers, zoals bacteriën en virussen, worden vernietigd. Bloedplaatjes zorgen ervoor dat bloed stolt en een korstje op de wond komt. Dit speelt een belangrijke rol bij de wondgenezing. Een ander woord voor bloedplaatjes is trombocyten. Afhankelijk van de oorzaak en ernst van de ziekte kan de geadviseerde hoeveelheid eiwit variëren van 1,0-1,7 gram eiwit per kilogram lichaamsgewicht. Hiermee krijgt het lichaam voldoende eiwit binnen om goed aan te sterken. Het lichaam krijgt eiwit via de voeding binnen. Een eiwitrijke voeding heeft echter alleen zin als de voeding voldoende energie levert. Hoe dit zich tot elkaar verhoudt, wordt hieronder bij ‘energie’ uitgelegd.
- Vitamines en mineralen: Vitamines en mineralen zijn nodig voor het algemeen functioneren van het lichaam en voor de opbouw van weefsels. Over het algemeen zijn er bij aansterken niet meer vitamines en mineralen nodig dan normaal. Een voorwaarde is wel dat er voldoende gevarieerd en gezond wordt gegeten. Alleen als er voor langere tijd sprake is van een verminderde inname kan extra aanvulling nodig zijn.
- Vocht: Een tekort aan vocht kan een symptoom als misselijkheid versterken. Bovendien speelt vocht een belangrijke rol in het voorkómen van uitdroging. Via diarree, braken, koorts en doorligwonden kan veel vocht worden verloren. Dit vergroot de kans op uitdroging.
Extra aanvulling van de voeding
Naast bovenstaande voedingsstoffen dient er aandacht besteed te worden aan factoren die de voedingsinname verminderen. Bijvoorbeeld vermoeidheid, pijn en gebrek aan eetlust. Deze factoren kunnen het bereiden van maaltijden en het eten en drinken lastig maken. Diëtisten kunnen praktische tips geven hoe de voedingsinname verbeterd kan worden. Lukt het niet om meer of vaker te eten, dan kunnen verrijkte producten een uitkomst bieden. Dieetproducten, zoals drinkvoeding en maaltijdvervangers, kunnen ter aanvulling of als volledige vervanging van voeding worden gebruikt. Er zijn diverse producten die extra energie, eiwit en vitamines en mineralen leveren. Zo zijn er producten in poedervorm. Deze poeders kunnen verwerkt worden in gerechten en dranken. Daarnaast zijn er kant- en klare drinkvoedingen, repen en shakes. Het verschilt echter per situatie of het handig is om verrijkte producten te gebruiken. Het is aan te raden dit te overleggen met een diëtist of arts. In sommige gevallen kunnen deze personen een vergoeding van de extra kosten aanvragen bij de zorgverzekeraar. Als verrijkte voeding na de periode van aansterken niet meer nodig is, is overschakeling op normale voeding gewenst. Een diëtist kan hierin begeleiding bieden.
Beweging bij aandoeningen
In sommige gevallen van ziekte worden spieren afgebroken. Dit kan komen door een verminderd actief gebruik van de spieren bijvoorbeeld door bedlegerigheid. Ook een langdurig tekort aan voedingsstoffen kan leiden tot afbraak van spierweefsel. Om de spieren weer op te bouwen is een voeding met veel eiwitten nodig. Spieren worden echter pas opgebouwd als de spieren actief worden gebruikt. Daarom speelt voldoende lichaamsbeweging ook een belangrijke rol. Lichaamsbeweging is ook nodig voor het verbeteren van de conditie. Dit kan symptomen als vermoeidheid verminderen. Het gevolg kan zijn dat mensen zich minder ziek voelen. Het is echter wel aan te raden de beweging langzaam op te bouwen.
Onderzoek aandoeningen
- Uit onderzoek bij mensen met kanker blijkt dat lichaamsbeweging indirect kan bijdragen aan het herstel van kanker. Lichaamsbeweging maakt fit en ontspant. Dit heeft een gunstige invloed op het lichaam en de geest. Bij vermoeidheid is lichaamsbeweging ook aan te raden. Het kan de vermoeidheid enigszins verminderen.
- Ondervoeding zorgt voor een langer herstel na ziekte of een operatie. Bovendien vergroot ondervoeding het risico op complicaties. Dit leidt tot hogere kosten van de zorg. Jaarlijks kost ondervoeding de samenleving gemiddeld 1,9 miljard euro. Dit komt neer op twee procent van de totale uitgaven in de zorg. In vergelijking: zwaar overgewicht (obesitas) kost gemiddeld 1,2 miljard euro.
Externe informatie aandoeningen of producten
We zijn extern onderstaande boeken, betreffende ziektes en aandoeningen, voor u tegengekomen:
- Lichaamswijzer. Auteur Dr. Tom Jacobs, Nederlands, 368 pagina’s. De Vlaamse arts geeft een helder gestructureerd overzicht van de vele producten die door ons lichaam worden voortgebracht, gaande van haar, nagels en bloed, tot boeren, lachen en kinderen. Begrip leidt tot een betere zorg.
- Optimaal gezond zonder medicijnen. Auteur Dr. Rudy Proesmans, Nederlands, 256 pagina’s. Voor de auteur is ‘gezond zijn’ absoluut niet hetzelfde als ‘niet ziek zijn’. Zijn levensprogramma, gesteund op gezonde voeding, voedingssupplementen, lichaamsbeweging en een goede mentale hygiëne, laat toe om optimaal gezond te zijn en te blijven zonder medicijnen.
- De Ayurvedische Huisapotheek. Auteur Dr. Vasant Lad, Nederlands, 383 pagina’s. Biedt vanuit deze oeroude traditie een bruikbare, alternatieve behandelmethode van vele ziekten en kwalen, met gerichte remedies, praktische adviezen en instructies. zeer grondig, uitgebreid en duidelijk werk waarin ook aandacht wordt besteed aan symptomen waarbij een arts geraadpleegd moet worden.
- Het lichaam-geest werkboek. Auteur Debbie Shapiro, Nederlands, 256 pagina’s. Lichaam en geest zijn niet los van elkaar te zien. Als een orgaan ziek is, heeft dat een reactie op onze psyche en omgekeerd, zodat we ons ziek kunnen maken maar ook genezen via de psyche.
- Het Nut Van Ziekte. Auteur Sharon Moalem, Nederlands, 255 pagina’s. De schrijver, een biomedisch onderzoeker, doet verslag van zijn baanbrekende onderzoek naar de samenhang tussen ziekte en evolutie. Dit originele boek introduceert een nieuw, boeiend en belangrijk gebied van biomedisch onderzoek.
Disclaimer voedingsdoelen
DietCetera geeft u met bovenstaande tekst slechts algemene informatie. Wij hebben deze tekst niet gericht op individuele personen en omstandigheden. Vanzelfsprekend hebben we wel getracht deze informatie zo duidelijk en correct mogelijk te omschrijven. U blijft echter zelf verantwoordelijk voor uw eigen keuzes en interpretaties. Mocht u specifieke vragen of problemen hebben dan adviseren we u contact op te nemen met uw (huis)arts, diëtist of andere deskundigen. DietCetera is niet aansprakelijk voor eventuele schade ten gevolge van het onjuist interpreteren van deze tekst.